Het Kernprobleem bij Voedselintoleranties
Voedselintoleranties zijn nauw verbonden met een verstoorde darmflora, chronische darmontstekingen en een lekkende darm. Deze factoren vormen de hoofdreden voor slechte vertering en opname van voedingsstoffen. Ze worden echter verergerd door het consumeren van voedingsmiddelen die niet goed verdragen worden of waarvoor men overgevoelig is. Het vermijden van deze ‘boosdoeners’ kan de darmen rust geven en veel klachten verminderen, maar lost het onderliggende probleem niet op. Zolang de darmflora niet blijvend herstelt en de darmontsteking en lekkende darm niet genezen, blijven vertering en opname van bepaalde voedingsstoffen problematisch.
De Vertering van Voedingsstoffen
Onder gezonde omstandigheden wordt voedsel (een mix van koolhydraten, eiwitten, vetten en diverse bioactieve stoffen) in de maag en darmen verteerd. De voedingsstoffen (zoals suikers, aminozuren, vetzuren, vitaminen, mineralen, polyfenolen, etc.) worden vanuit de darm in het bloed opgenomen, terwijl schadelijke stoffen, bacteriën en schimmels door de darmwand worden tegengehouden
Een gezonde maag, alvleesklier, lever en galblaas zijn dus cruciaal voor een goede vertering en opname van voedingsstoffen.
Voor een goede spijsvertering zijn voldoende maagzuur, spijsverteringsenzymen en galzouten essentieel. Veel van de enzymen die nodig zijn voor de afbraak van koolhydraten, eiwitten en vetten worden door de alvleesklier geproduceerd. Galzouten, die nodig zijn voor de vertering en opname van vetten (en ook eiwitten), worden in de lever aangemaakt en in de galblaas opgeslagen. Een gezonde maag, alvleesklier, lever en galblaas zijn dus cruciaal voor een goede vertering en opname van voedingsstoffen.
De laatste fase van de vertering vindt plaats door enzymen die in de darmwand zelf worden geproduceerd. Deze enzymen zorgen ervoor dat alle voedingsstoffen tot hun kleinste componenten worden afgebroken en in het bloed kunnen worden opgenomen. Ook darmbacteriën helpen bij het afbreken van onverteerde of voorverteerde voedingsstoffen.
Bij mensen met voedselintoleranties gaat vooral de laatste fase van de vertering mis. Dit komt door een verstoorde darmflora, ongezonde slijmvliezen in het maagdarmkanaal en een chronisch licht ontstoken darmwand.
Wat zijn de klachten?
Klachten van voedselintolerantie kunnen variëren afhankelijk van het individu en het type voedsel dat niet goed verdragen wordt. Hier zijn enkele veelvoorkomende symptomen:
Gastro-intestinale klachten:
Opgeblazen gevoel
Buikpijn of krampen
Diarree
Obstipatie
Winderigheid
Misselijkheid
Huidklachten:
Eczeem
Uitslag
Netelroos (urticaria)
Ademhalingsklachten:
Astma-achtige symptomen
Verstopte neus, Loopneus
Algemene klachten:
Vermoeidheid
Hoofdpijn of migraine
Gewrichtspijn
Spierpijn
Gewichtstoename of -verlies
Neurologische klachten:
Prikkelbaarheid
Depressieve gevoelens
Concentratieproblemen
Overige klachten:
Hartkloppingen
Zwelling van lippen, tong of keel
Voedselintolerantie Hoeft Niet Levenslang te Zijn
Wanneer de darmflora, de darmwand en de spijsvertering hersteld zijn, kunnen de meeste voedingsmiddelen die voorheen klachten veroorzaakten weer zonder problemen gegeten worden. Het is echter raadzaam om bepaalde voedingsmiddelen, zoals koemelk en glutenbevattende granen, zelfs na herstel te beperken. Deze granen (vooral tarwe, maar ook andere glutenbevattende granen) en koemelk zijn voor veel mensen moeilijk te verteren en worden vaak in grote hoeveelheden geconsumeerd.
De Oplossing
e Recovery Cabin biedt programma’s zoals Detox en Immuunsysteem, gecombineerd met voedingsadviezen en een specifiek homeopathisch voedselintolerantieprotocol. Deze aanpak kan helpen om voedselintoleranties te overwinnen.